bezoekers sinds 1 januari 2022


Bommeldingen


Bommeldingen

Over een lange periode hebben de operationele medewerkers van de Inlichtingendienst Rotterdam bommeldingen behandeld. Rond de eeuwwisseling (1900/2000) is dit bij een andere politiedienst ondergebracht, te weten Bureau Vuurwapens, onderdeel  van de Forensische Opsporing. 

In de toenmalige politieregio Rotterdam-Rijnmond zorgden vooral telefonische bommeldingen bij de politie regelmatig voor niet uniforme en daardoor zeer uiteenlopende reacties. Vanzelfsprekend is dan de regel, safety first, maar niet zelden wordt tot ontruiming van bijvoorbeeld een school, kantoorpand en hotel overgegaan bij een melding die, als er enig summier onderzoek zou zijn gedaan, niet als een bomincident zou worden aangemerkt.

Bommeldingen zorgen vaak voor overhaaste reacties en maatregelen. Politiefunctionarissen en directies van scholen, hotels etc., die met een dergelijke melding worden geconfronteerd zetten veelal eerst de ontruimingsmaatregelen in werking. Achteraf wordt dan getracht het waarheidsgehalte van een dergelijke melding te achterhalen. Gelet op het aantal valse bommeldingen in de regio (de 80- en 90-tiger jaren ongeveer 100 per jaar), de aanzienlijke gevolgen voor de openbare orde, de ontregeling van het maatschappelijke verkeer en de financiële aspecten daarvan, zijn professionaliteit van de Inlichtingendienst  en later de forensische medewerker, terughoudendheid in de aanpak noodzakelijk.(10)

De Inlichtingendienst had over deze lange periode hierover analyse-ervaring opgedaan en geleerd dat bij serieuze bommeldingen bepaalde ‘ingrediënten’ aanwezig zijn, die het meer aannemelijk maken dat er sprake is van een serieus te nemen bommelding. Sommige al dan niet buitenlandse terroristische organisaties zijn ‘herkenbaar’ aan de wijze waarop een bommelding wordt gedaan. Ook kwam het voor dat personen, die een bommelding doen, zeiden te spreken namens een met name genoemde organisatie. Het was dan ook van belang dat bij de Inlichtingendienst specialistische kennis aanwezig was om bommeldingen snel op voorhand op  waarheidsgehalte te kunnen inschatten. Dat een eenduidige aanpak binnen de regio Rotterdam-Rijnmond noodzakelijk was om de valse melder in ieder district een gelijke reactie te geven, mag duidelijk zijn. (10)

In een bepaalde periode moest de ID rechercheur zelf, veelal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd bepalen of hij het nodig achtte dat het gebied waar de melding was gedaan of het mogelijk geïmproviseerde explosief lag/stond, al dan niet voorafgegaan door een telefonische melding door de geüniformeerde politie,  moest worden afgezet met de bekende rode linten. De opgegeven grootte van het IED (Improvised Explosive Device / Geimprovisserd Explosief) bepaalde met behulp van een tabel de afstand die van het mogelijk explosief moest worden gehouden. (2)

1984  De bommelding in Ahoy:

Deze bommelding is behandeld door medewerkers van de ID Rotterdam. Het gevolg hiervan was  dat medewerkers van de ID Rotterdam  nog jaren, vooraf en tijdens vele gebeurtenissen, zoals popconcerten in Ahoy en Feijenoordstadion een als bomverkenner een zoeking deden op podia etc en tijdens het evenement aanwezig bleven. Vanwege de goede voorzieningen tijdens een dergelijk evenement voor de ID Rotterdam-bomverkenner aangenaam gebeurtenis. Hierdoor werden tevens inlichtingenmatige contacten gelegd die later in bepaalde onderzoeken konden worden geconsulteerd. Dit gold vanzelfsprekend voor elke door de ID Rotterdam behandelde bommeldingen zoals bij bedrijven, scholen, verenigingen en stichtingen.

(1984 Sportpagina Telegraaf1, dd 19-3-1984)

(1984: Toeschouwers verlaten Ahoy na een bommelding, Rob Croes, Nationaal Archief/Anefo)

Knikkende knieën en een tegoedbon | NOS

(dd 17-02-2019, te 08:28 u)

1984 Lendl/Connors. Het blijft elk jaar een opvallende verschijning op de ovale led-boarding in sportpaleis Ahoy waar alle oud-winnaars van het ABN Amro-tennistoernooi een plek krijgen. Het is "een rotherinnering" aan een finale die nooit zou worden voltooid.

Zevenduizend toeschouwers kijken op zondagmiddag 18 maart 1984 in een uitverkocht stadion naar de eindstrijd van het (toen nog) ABN-tennistoernooi tussen Ivan Lendl en Jimmy Connors. Terwijl de voormalig Tsjechoslowaak gehakt maakt van de Amerikaan, wordt er in de kantoren van het sportpaleis nerveus gediscussieerd.

Engelssprekende man

Er zijn voor de start van de finale twee telefoontjes binnengekomen, waarin een Engelssprekende man meldt dat er om 14.00 uur een bom in het sportpaleis zal ontploffen. De persoon doet zich voor als een sympathisant van een antikapitalistische beweging.

De organisatie, met Wim Buitendijk als kersverse directeur, neemt het dreigement zeer serieus en besluit om 13.45 uur het stadion te ontruimen. 'Geen paniek, verlaat direkt, kalm maar snel, de zaal, politie', verschijnt er op het matrixbord van Ahoy.

Lendl staat met 6-0, 1-0 voor als hij en Connors aan de kant door de hoofdscheidsrechter worden geïnformeerd.

1984: Bommelding maakt einde aan finale ABN Amro-toernooi Deze video is alleen in Nederland te bekijken.

"Ik zat precies achter Lendl en Connors toen ze werden geïnformeerd dat ze meteen de baan moesten verlaten vanwege een bomb scare. Ze schrokken en liepen snel de baan af", vertelt fotograaf Henk Koster, die al 45 jaar op het toernooi actief is. "Het is voor het toernooi een rotherinnering."

Gedisciplineerd

Koster maakt snel nog een foto van het matrixbord en haast zich vervolgens ook naar buiten. "Iedereen liep gedisciplineerd naar buiten, het verliep rustig. Ik zag dat er flink wat mensen op straat stonden, maar er was geen paniek. Men stond buiten te kletsen en wachtte af wat er ging gebeuren."

Koster besluit vervolgens om "met knikkende knieën" Ahoy weer te betreden. "Er liepen binnen allemaal veiligheidsmensen met honden en daar ben ik foto's van gaan maken", vertelt hij.

"We kennen allemaal de beelden van de bloembakken die worden doorzocht. Ik was wel bang, maar ik hield er ook rekening mee dat het loos alarm kon zijn. Het was namelijk een tijd waarin er veel bommeldingen waren."

(1984 Ivan Lendl in actie tijdens Roland Garos, AFP)

(1984 Jimmy Connors slaat backhand tijdens Roland Garos, AFP)

Van slag

De toernooidirecteur hoopt de twee weer naar het sportpaleis te krijgen. Connors wil wel, maar Lendl heeft er geen trek meer in. Hij is van slag. De tennisser heeft een aantal weken geleden iets vergelijkbaars meegemaakt in een hotel in Sydney.

Buitendijk stelt dan voor om de finale naar maandagavond te verschuiven, maar ook dat is geen optie. Lendl heeft contractuele verplichtingen in New York.

Dan verzoent iedereen zich met het plan dat Lendl en Connors vlak voor de start van Wimbledon een dag naar Rotterdam terugkomen om dan om de hoofdprijs te spelen. Ze krijgen het prijzengeld tot en met de halve finale (ieder 25.000 dollar) in ieder geval mee naar huis.

Drieënhalf uur na het verlaten van de tennisbaan in Ahoy verlaten de twee legendarische tennissers Rotterdam vanaf vliegveld Zestienhoven, naar verluidt nog steeds in tenniskleding.

Lendl: 'Pech voor mij'

"Ik had pech, want ik speelde behoorlijk goed in die wedstrijd", zou Lendl jaren later over de afgebroken finale vertellen. "Het was niet fijn. Ook al wist je dat er waarschijnlijk niets zou gebeuren, er moesten wel voorzorgsmaatregelen worden genomen."

Een maand na het breed uitgemeten incident, waar zelfs de New York Times een artikel aan besteedt, besluiten de internationale tennisbazen dat de finale toch niet wordt overgespeeld.

De toernooiorganisatie geeft de gedupeerde toeschouwers vervolgens een goedmakertje: een tegoedbon van vijftien gulden. Van de antikapitalistische beweging is nooit meer wat vernomen.

Het ABN Amro-toernooi is een van de zeven ATP-toernooien die sinds de invoering van het proftennis in 1968 tot 1987 geen winnaar hebben gekregen.

1986  American - Express Rotterdam, ontplofte IED 

(Het vrije volk : democratisch-socialistisch dagblad, dd 20-11-1986 (Foto Salco Occhipinto)

 

Bomaanslag op American Express

ROTTERDAM — Bij het kantoor van American-Express aan de Meent in Rotterdam is op de avond van 19 november 1986 een bom ontploft. De aanslag is opgeëist door het Rood Revolutionair Front. Bij de aanslag, om vijf minuten voor elf raakte niemand gewond. De schade is beperkt gebleven tot enkele kapotte ruiten. Het Rood Revolutionair Front deed dat jaar al drie keer eerder van zich spreken. De eerste keer was op 19 mei 1986, toen het front de verantwoordelijkheid opeiste voor de plaatsing van een 'geïmproviseerd explosief' dat werd gevonden bij de gevel van het gebouw van Neratoom, een onderzoeksbureau op het gebied van kernenergie in Den Haag.

Ook stelde de organisatie zich op 27 juni 1986 verantwoordelijk voor een mislukte bomaanslag bij het gebouw van de voorlichtingsdienst van de Europese Gemeenschap in Den Haag en de bomaanslag op 3 juli 1986 bij het Shell-kantoor in Den Haag.

In alle drie de gevallen is bij de melding nooit een motief  genoemd. Onderzoek naar de achtergrond van deze organisatie heeft nog niet tot resultaat geleid.
De bomaanslag in Rotterdam werd kort na half elf in een anoniem telefoontje aan het ANP in Den Haag aangekondigd. Er was echter geen tijd meer om de bom onschadelijk te maken. Om half twaalf werd bij het ANP in Den Haag de verantwoordelijkheid voor de aanslag door het Rood Revolutionair Pront opgeëist. Over het motief van de aanslag is nog niets bekend.
De ruiten van het kantoor van American Express aan de Meent in Rotterdam sneuvelden als gevolg van de bomaanslag (Bron: HVV)

Naar aanleiding van deze bommelding is ID-rechercheur Ab.L.B. op verzoek van de politiemeldkamer naar American Express gereden. Enige honderden meters voordat hij bij American_Express arriveerde, ontplofte de bom (IED). Gezien de aangerichte schade had bij een inspectie van de IED door hem de lichamelijke schade niet te overzien zijn geweest. (2)

Onderzoek door de politie heeft tot aanhoudingen en veroordelingen geleid (10)

Radicaal front na bomaanslagen voor de rechter
ROTTERDAM, dinsdag( De rechtbank in Rotterdam heeft gisteren (dd 16-3-1987) een begin gemaakt met de berechting van de drie Hagenaars, Maxime de G. (22), Peter 't H. (25) en Ruder „Paul" F. (20). Zij vormden samen het Rood Revolutionair Front, dat vorig jaar met bomaanslagen de Nederlandse rechtsorde wilde ondermijnen. Tussen december 1985 en november 1986 konden de drie leden van het radicale front in Den Haag ongehinderd acht aanslagen met brand- en pijpbommen plegen op „kapitalistische bolwerken". In de dagvaarding worden hen twee aanslagen ten laste gelegd: die op het reisbureau American Express (aan de Meent in Rotterdam) en die op het hoofdkantoor van het Nederlands Christelijk Werkgeversbond (aan de Scheveningseweg in Den Haag). Gisteren werd uitsluitend de zaak tegen Paul F. behandeld. Hij hoorde drie jaar celstraf plus onvoorwaardelijke terbeschikkingstelling van de regering tegen zich eisen. Uitspraak op 30 maart. G. en t H. staan op 13 april aanstaande terecht. .

De Telegraaf, dd 17-03-1987

Explosievenverkennersopleiding 

In dit kasteel 'Exaten' te Baexem werd o.m. een opleidingsschool van de rijkspolitie gevestigd (1967) waar onder andere opleidingen voor de Mobiele Eenheid werden gegeven. Het kasteel is in 1997 verkocht aan Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) en is nu (2017) in gebruik als asielzoekerscentrum (7)

De eindoefening betekende dat een groot pand, bijvoorbeeld de kantoren met een deel van een elektriciteitscentrale, geschouwd diende te worden en dat door de docenten neergelegde IED's ontdekt zouden worden. Doordat een explosief op meerdere manieren tot ontploffing gebracht kan worden, gebeurde het regelmatig dat bij het vrijmaken van het explosief deze ‘ontplofte’. Er ging een lampje branden en een scherpe pieptoon zei dat je het leven had gelaten. Hier werd nog eens duidelijk dat je uitsluitend mag kijken naar een IED. (2)

 Naar aanleiding van het vorenstaande is het dan ook begrijpelijk dat aan het eind van de opleiding geen certificaat wordt uitgereikt waarop vermeld staat dat men ‘geslaagd’ is, maar dat door de directeur van het COME een verklaring is ondertekend waarin vermeld dat men de opleiding heeft ‘gevolgd’. Garantie tot de deur. Voor (explosieven) bomverkennerswerkzaamheden werden de ID medewerkers apart verzekerd en werd de premie achteraf verfijnd door op te geven het aantal malen dat inzet gepleegd was.(2)

De explosievenverkennersopleiding, vond in de 80-tiger jaren plaats bij de toenmalige Centrale Opleiding Mobiele Eenheden (COME) van de Rijkspolitie te Baexem gemeente Horn. Op de Baexemerweg 1, tussen Roermond en Weert was door de COME, kasteel ‘Exaten’ met het bijbehorende landgoed in gebruik. De opleiding die werd gevolgd door collega’s uit het gehele land was bijzonder leuk en leerzaam. Om een indruk te geven wat een geïmproviseerd explosief kan aanrichten werd door de docenten, een adjudant en opperwachtmeester van de Rijkspolitie diverse demonstraties in de omliggende bosrijke omgeving gegeven. Ook werd geoefend in het aannemen en behandelen (analyseren) van telefonische bommeldingen. Nadat ’s avonds nog een paar uur werd doorgegaan met de les in de tot één week gecomprimeerde opleiding was het tot de late uurtjes nog een gezellig samenzijn met de verschillende politiecollega’s uit het hele land. De entourage leende zich daar uitstekend voor. (2)

 

Boekje inhoudende richtlijnen voor optreden bij bommeldingen. (2)

Verzekering

Om een indicatie te geven van het aantal bommeldingen die per jaar door de ID werden afgehandeld meldt op 24-11-1988 het hoofd van de Politieke Inlichtingendienst (PID) aan de secretarieafdeling Financiën van de gemeente Rotterdam dat het aantal politiefunctionarissen dat in de periode 1-8-1987 tot 1-8-1988 bij bommeldingen is ingezet 118 bedraagt.(10)

Over de periode 1-8-1992 tot en met 1-8-1993 wordt 101 maal geteld. De premieberekening van de door de politie afgesloten verzekering voor deze risicovolle werkzaamheden werd achteraf vastgesteld naar aanleiding van het aantal behandelde meldingen. (10)

Opleidingskosten

In een uitnodigingsbrief voor de opleiding van 15-1-1988 van het COME staat buiten de aangegeven route naar het kasteel keurig vermeld dat de kosten voor de opleiding f 35,= per dag bedragen en dat na afloop een factuur naar de gemeentepolitie Rotterdam gezonden zal worden. (10)

1988  Eerste bommelding voor ID-rechercheur

(Bron: Het Vrije Volk, dd 7-7-1988)

Nadat de ID rechercheur het IED heeft omschreven  (vorm, plaats, omstandigheden) zeggen zij toe met spoed te zullen komen en verzoeken de omgeving in een straal van 100 meter te ontruimen. De kennelijke antenne had de EOD dit doen besluiten. Ontruimen betekende dat alle bewoners binnen deze straal uit hun huis moesten en dienden te worden vervoerd naar een opvang plaats. Om het geheel in goede banen te leiden werd meer politiepersoneel ingezet en een commandowagen werd besteld welke werd bemand door politie meldkamer medewerkers. Ondertussen zijn voor het vervoer van de bewoners RET-bussen ter plaatse gekomen. Buiten de verantwoordelijke politiechefs is vanwege zogenaamd persalarm de politiepers aanwezig en zijn ter verdere ondersteuning de brandweer en GGD ter plaatse. Op het persalrm waren verder afgekomen Radio Rijnmond en de NOS. Omstreeks 15:00 uur die middag wordt buiten de Dordtselaan het verkeer op de Strevelsweg en Zuidplein totaal stilgezet. Om 15:15 uur begon de inmiddels uit Amsterdam gekomen EOD medewerkers met het nemen van foto’s van het mogelijke IED, alles op grote afstand met een op afstand bestuurbare robot. Vervolgens wordt met gebruikmaking van een .50 kogel het pakketje doormidden geschoten. 

 

Door Explosieven Opruimingsdienst (EOD) met waterdruk kapotgeschoten vermeende geïmproviseerd explosief, Dordtselaan Rotterdam.(IED) (10)

Er zal altijd een moment zijn waarop de ID rechercheur zijn eerste bommelding krijgt te behandelen. Zo ook op 6 juli 1988, dan komt aan het einde van de ochtend, 11:38 uur, een melding binnen bij de politiemeldkamer dat tussen twee geparkeerd staande voertuigen in de Dordtselaan te Rotterdam ter hoogte van nummer 246c een pakketje staat, welke was voorzien van een soort antenne, een lampje, alsmede draadjes e.d. De ID rechercheur (auteur) die de melding te behandelen krijgt heeft zojuist de opleiding explosievenverkenner afgerond. Met een collega die deze opleiding nog niet heeft gevolgd gaat hij naar de Dordtselaan en treft op de rand van het trottoir het pakketje aan. Kennis hebbend van het feit dat een IED met een antenne willekeurig tot ontploffing kan worden gebracht wordt aan de ter plaatse staande politiecollega’s geadviseerd de Dordtselaan met het bekende rood/witte lint af te sluiten aan de zijde van de IED.

Vervolgens nam de ID rechercheur telefonisch contact op met een ‘ervaren’ operationele ID chef voor overleg. Het enige dat deze chef meegaf was dat hij de ID rechercheur veel succes wenste. De volgende stap was het overleg met de EOD (Explosieven Opruimingsdienst) van Koninklijke Landmacht.

Vermeende IED met antenne, Dordtselaan te Rotterdam (10)

Omstreeks 15:50 uur is het pakketje verder gedemonteerd, waarna omstreeks 16:00 uur het verkeer weer kan rijden.

Door de als 1e ter plaatse gekomen politierechercheurs wordt vastgesteld dat de mogelijke IED bestaat uit een zgn. afzetlamp, verpakt in plastic. De ter plaatse gekomen rechercheurs vermelden later in het dagrapport dat tijdens de actie een omstander een epilepsie aanval kreeg, waarna deze met een hoofdwond met de ambulance naar het Zuiderziekenhuis werd overgebracht. Sommige omstanders die niet achter de afzetting wilden, werden door meerdere collega’s met gebruikmaking van ‘lichte dwang’ verwijderd. Ter afsluiting staat nog vermeld dat de EOD door de Motorbrigade in Rotterdam is begeleid.(2)

De Technische Opsporingsdienst (TOD) van de gemeentepolitie Rotterdam doet verder sporen- en ander onderzoek. 

Zij nemen ook zgn. studiofoto’s van het pakketje. Op de lamp staan de acroniemen I.R.A. en op een wikkelpapier DANGER. Er werd niets explosiefs aangetroffen.(2)

Vanzelfsprekend wordt na zoveel commotie onderzoek gedaan naar de daders van het pakketje. De makers van de inmiddels ‘nepbom’ hebben kennelijk spijt want op 17-7-1988, elf dagen na het voorval, meldt een jongen van 16 jaar oud zich bij de politie, bureau Slinge, die vertelt dat hij al op dinsdag 5 juli 1988 in de avonduren vanuit een telefooncel naar de politie had gebeld met de mededeling dat er op de Dordtselaan in een portiek voor pand 246 een bom lag. Hij heeft toen staan wachten tot er politie kwam, maar er gebeurde niets. De volgende middag hoorde hij dat het pakketje was gevonden. Deze 16 jarige jongen noemt ook nog een mededader die zich dan op een camping bevond. Door de rechercheurs is als maatregel met de ouders gesproken. Waar een 1e bommelding zoal naar kan leiden. (2)

1988  Bommelding; amfetamine

Een andere bijzonder positief verlopen bommelding over een mogelijk explosieve stof speelt zich af op donderdag 4 augustus 1988. Omstreeks 21:55 uur gaat de ID rechercheur, inmiddels na de ‘Dordtselaan-melding’ gepokt en gemazeld in de behandeling van bommeldingen, op verzoek van de politiemeldkamer naar een pand aan de Schonerbergerweg te Rotterdam, waar vermoedelijk een op explosieven gelijkende stof zou liggen.

 De ID rechercheur wordt in het pand door de twee bewoners van Ierse afkomst aangesproken. Het vrouwelijke deel van het stel vertelde dat 4 personen het pand zouden hebben bezocht, kennelijk een doorgangshuis, onder wie een Engelsman, die ze kennen als Mike. Ze hadden een papiertje op de typemachine gevonden waarop stond dat er een pakje in een kastje lag welke niet aangeraakt mocht worden. Toen ze informeerde naar de strekking van die woorden, krijgt zij te horen dat het pakje explosieven bevatte. Doordat zij het niet vertrouwde schrijft zij bij vertrek van hen het kenteken van de rode personenauto op. Deze bleek op naam van een verhuurbedrijf te staan. Hiermee kwam de ID rechercheur niet direct verder mee. Verder onderzoek bracht de ID rechercheur bij het bedoelde pakketje. In een reeds geopende doos lag een dichtgeknoopte plastic zak, waarin drie staafvormige voorwerpen lagen 

 

Speed is de naam voor amfetamine. Er bestaan allerlei amfetaminen zoals: amfetamine, dextroamfetamine, methamfetamine. Over het algemeen is speed een poeder. De maximale sterkte van een amfetamine poeder is 73%. Meestal bevat speed ongeveer 30% tot 40% amfetamine. Speed wordt vaak versneden, meestal met cafeïne. Soms zit er meer cafeïne in een speedpoeder dan amfetamine. Veel caffeïne in speed kan voor onrust en hoofdpijn zorgen, maar onversneden speed is over het algemeen (te) heftig. Veel mensen kunnen dan nauwelijks slapen na gebruik. Een enkele keer komt speed voor in de vorm van een pil. (Bron: insdagdip.com)

 omwikkeld door leukoplast. Na het voorzichtig openen bleek onder de leukoplast en plastic zakje zat en dat dit wit poeder bevatte.(2)

De ID rechercheur kon niet vaststellen of het een explosieve stof dan wel een verdovend middel betrof en nam de drie staafvormige voorwerpen in beslag.

Dezelfde nacht, omstreeks 00:45 uur wordt door een rechercheur van de afdeling Centrale Recherche, bureau Verdovende Middelen op het Hoofdbureau vastgesteld dat de inhoud amfetamine betrof.

In de tussenliggende tijd werd vastgesteld dat de hoofdbewoner van het betreffende pand van Britse afkomst is en als kelner werkzaam in een café aan de Nieuwe Binnenweg in de directe omgeving van zijn woonhuis.

Daar zowel de ID rechercheur als de Verdovende Middelen rechercheur immer enthousiast hun werkzaamheden verrichten werd rond 02:00 uur besloten naar het betreffende café te gaan. De beide rechercheurs zijn vuurwapen dragend. In het café dat inmiddels voor het publiek was gesloten werd de kelner aangetroffen en hem werd gevraagd mee te lopen naar zijn woning. In zijn woning aangekomen blijkt hij geen aannemelijke verklaring te hebben voor de aanwezigheid van de verdovende middelen en wordt ter plaatse om 02:30 uur aangehouden voor overtreding van de Opiumwet.

De verdachte hoofdbewoner wordt overgebracht naar het Hoofdbureau waar het ritueel een aanvang neemt. Er volgde een onderzoek in de betreffende woning waar verder aanwijzingen worden gevonden voor de mededaders van wie één persoon met een valse naam de rode auto had gehuurd. In een slaapkamer wordt een revolver aangetroffen met daarbij een plastic zakje met scherpe patronen. Later worden in het onderzoek nog meer verdachten aangehouden en worden bij hen hoge bedragen in beslag genomen. Tijdens de eerste verhoren laten de verdachten weinig los. Verder internationaal onderzoek had dusdanig resultaat dat een verdovende middelen bende wordt opgerold, waarbij de hoofdverdachte 2 jaar gevangenisstraf krijgt opgelegd. (2)

1988  Mogelijke IED's bij Turkse consulaat Rotterdam

Vanwege de politieke gevoeligheid van een consulaat-generaal en haar personeel en de internationale verplichtingen die aan een dergelijke vestiging is verbonden was o.m. de  ID-Rotterdam immer actief om de veiligheid van diplomatiek personeel mede te waarborgen. Doordat zich in bepaalde periodes ontwikkelingen voordeden veroorzaakt door organisaties van zowel extreem linkse als rechtse organisaties van het thuisland diende hiermee bij bommeldingen immer rekening gehouden te worden (2).

'Explosieve situatie' bij Turks consulaat
ROTTERDAM — De Explosieven Opruimingsdienst (EOD) heeft in de nacht van 1- op 2 december 1988 twee namaakbommen opgeruimd die onbekenden aan een spandoek voor de deur van het Turkse consulaat aan de Eendrachtsweg hadden gehangen. Dat gebeurde nadat eerder in de avond twee molotovcocktails tegen de gevel van het gebouw waren gegooid en in de brand waren gevlogen. De politie arresteerde drie mensen maar die bleken niets met de aanslagen te maken te hebben.
Het vermoeden bestaat dat de aanslagen iets te maken hebben met de hongerstaking van 2000 politieke gevangenen in Turkije. 

Zij protesteren tegen 'onmenselijke behandeling' in de Turkse gevangenissen. In de Rotterdamse Pauluskerk is een groep Turken en Koerden een solidariteitsactie begonnen. „Misschien dat een andere organisatie, die solidair is met de hongerstakers, de aanslagen heeft gepleegd," aldus een woordvoerder van deze groep.
Rond half één ontstond na het ontploffen van de molotovcocktails eerst een brandje. Het vuur kon in de kiem worden gesmoord en veroorzaakte alleen een geblakerde voordeur. Nadat het vuur was gedoofd ontdekte de politie dat aan een spandoek dat tegenover het consulaat hing, twee 'verdachte pakketjes' bungelden.

De politie sloeg alarm en zette de omgeving in een straal van 200 tot 300 meter af. De buren, een artsengezin, werden uit bed gehaald en in hun ochtendjassen door de politie overgebracht naar het bureau Eendrachtsplein. Even na twee uur begon de Explosieven Opruimings Dienst (EOD) met de inspectie van de omgeving van hét consulaat. Aan het spandoek hingen wat draden en een batterijtje. De batterij werd met een lichte explosieve lading tot ontploffing gebracht. (Bron: Het Vrije volk, democratisch-socialistisch dagblad, dd 02-12-1988) 

Het Turkse consulaat generaal op het adres Eendrachtsweg 67 te Rotterdam

Het moge duidelijk zijn dat elke activiteit in de richting van het consulaat-generaal van Turkije door de politie, en met name de ID Rotterdam, serieus wordt aangepakt.

Een aardige bijkomstigheid bij het betreffende pand is de historie. (2)

C&A
De grondleggers van C&A, Clemens en August Brenninkmeijer afkomstig uit Westfalen waren in 1841 in Friesland begonnen om vervolgens via Amsterdam door te stoten naar Rotterdam. Daar werd in 1924 het chique modepaleis op de hoek Korte Hoogstraat en Hoogstraat geopend. Brenninkmeijer woonde echter maar een jaar aan de Eendrachtsweg, voordat het pand overging naar Ignatz Paul Brenninkmeijer (ca. 1883-1959). Het pand bleef tot 1970 in handen van de familie Brenninkmeijer, waarna het een totaal andere bestemming kreeg.

Enige activiteiten tegen het Turks Consulaat
In 1973 werd het Consulaat generaal van Turkije er gevestigd. Zo rustig als het er vóór die tijd was, zo rumoerig werd het in de volgende jaren. Op 16 juni 1982 liep een demonstratie van Turkse jongeren voor het Turkse consulaat uit op een flinke vechtpartij tussen verschillende Turkse groeperingen. Omstreeks 1983-1984 was er een bommelding in het consulaat en op 10 augustus 1991 hielden 800 Koerden een protestmars van het Schouwburgplein naar het Turkse consulaat gericht tegen het optreden van het Turkse leger tegen Koerdische guerrillastrijders in Noord-Irak. Op 10 juli 1993 demonstreerden meer dan 1000 Turken voor het consulaat tegen een aanslag in de Turkse plaats Sivas, waarbij 36 progressieve kunstenaars om het leven kwamen. Het consulaat aan de Eendrachtsweg deed dienst tot 1998.

Zeventiende rijksmonument in Rotterdam
Na verhuizing van het consulaat bleef het pand verweesd achter totdat in 2011 Stadsherstel Historisch Rotterdam eigenaar werd van het pand – het zeventiende rijksmonument in de stad – die het grondig liet restaureren. (13)

1991  Bommelding Stadhuis

Bommelding bij stadhuis Rotterdam

ROTTERDAM, 15 november. Het stadhuis van Rotterdam is gisteravond van acht tot half tien ontruimd geweest na een bommelding die om 19:54 uur binnenkwam. De gemeenteraad stond toen op het punt om de vergadering te hervat over de Kop van Zuid. Een persoon met verdraaide stem meldde per telefoon dat er een bom zou afgaan om 20.30 uur in de raadzaal. Toen die melding bij burgemeester Peper binnenkwam heeft hij na overleg met de politie besloten iedereen het gebouw aan de Coolsingel te laten verlaten. Om 21:30 uur is het gebouw na onderzoek door de politie (opm. auteur: ID Rotterdam) weer vrijgegeven. Peper liet weten dat hij ondanks de bommeldingen geen voorstander is van een strengere beveiliging. Daarvoor voert hij principiële redenen aan: „Het stadhuis is een huis van de democratie en een strengere beveiliging en zodoende ook een moeilijkere toegang tot het gebouw past daar niet bij". (Bron: NRC Handelsblad, dd 15-11-1991)

Relaas ID-rechercheur/bomverkenner

Vrijdag is de dag dat de ID-rechercheurs de piketdienst wisselen. Woonachtig in de omgeving van de stad Rotterdam krijgt de ID-rechercheur de eerste melding op vrijdagavond 14-11-1988, omstreeks.... uur, niet lang na het avondeten, en mogelijk met een kop koffie gesetteld voor de TV. De melding van de politiemeldkamer laat duidelijk weten dat na de bommelding de gemeenteraad inmiddels al in een ander gebouw heeft plaatsgenomen in afwachting van een bomverkenner. Na ongeveer een half uur arriveert de ID-rechercheur/bomverkenner bij het stadhuis aan de Coolsingel en gaat direct in overleg met de beveiliging voor het maken van een plan. De ID-rechercheur gaat na analyse van de inhoud van de bommelding  er dan al vanuit dat het mogelijk loos alarm is. Door een goede schouw in de raadzaal te doen kan een en ander zeker gesteld worden en is ook de tijd verder opgeschoven. 

De schouw wordt moeilijker gemaakt doordat alle raadsleden hun tas met inhoud hebben achtergelaten. Direct ontruimd maar zonder het meenemen van eigendommen. Nu was het moeilijker om waar te nemen of er een tas met (bom)inhoud was achtergelaten door een niet raadslid. Ga er maar aan staan. Later blijkt (zie krantenartikel hierbboven) dat tijdens de raadsvergadering  een gevoelig onderwerp besproken werd. 

De ID-rechercheur adviseert de voorzitter van de raadsvergadering, burgemeester Peper, die met de raadsleden in het restaurant van het Stadstimmerhuis op een veilige plek hebben plaatsgenomen, dat de raadsvergadering hervat kan worden. De betreffende ID-rechercheur kan hierover nog herinneren dat hij een verantwoordingsrapportage moest maken. Kennelijk naar aanleiding van vragen over het optreden van de bomverkenner vanuit het stadhuis en/of het hogere politie echelon. Later heeft burgemeester Peper de politieleiding bedankt voor de opvolging (wijze van handelen) van deze bommelding. Hoe zaken kunnen lopen. (2)

1995  Bomaanslag Boezemsingel

Een bommelding voor de bomverkenner, de ID-rechercheur,  behoort ook tot zijn werkzaamheden. Dit vanwege het feit dat een en ander politiek gemotiveerd zou kunnen zijn. Het slachtoffer betrof een man van Turkse afkomst. Overigens heeft auteur bij onderstaande bomaanslag enige vraagtekens gezet gevormd door het feit dat deze niet is opgelost. Er zijn wel geruchten over drugsactiviteiten in Duitsland. Gezien de kennelijke professionaliteit door de plaatsing en de wijze van activeren (op afstand of rniddels een contact) van het explosief, blijft de mogelijkheid open dat dit ook een politiek gemotiveerde activiteit zou kunnen zijn geweest. In die periode waren meerdere extreme Turkse/Koerdische -anti Turkse overheid groeperingen- in Nederland en in het bijzonder in Rotterdam actief. 

(Bron: de Volkskrant, dd 21 februari 1995}

Politie tast in duister over motief aanslag

Man gedood door autobom

Een 32-jarige inwoner van Rotterdam is maandagmorgen het slachtoffer geworden van een bomaanslag. Toen hij om half zeven met zijn aan de Boezemsingel geparkeerde auto wilde wegrijden, ontplofte het voertuig....

Van onze verslaggever

ROTTERDAM

Volgens de politie moet de bom in de nacht van zondag op maandag in de auto zijn gemonteerd. Verder is nog weinig bekend over de achtergronden van de aanslag. Het slachtoffer komt uit de Turkse gemeenschap, maar volgens een woordvoerder van de politie kunnen daaraan nog weinig conclusies worden verbonden. 'Dat gegeven kan een aanknopingspunt zijn bij het onderzoek, maar wat ons betreft zijn nog alle opties open.'

De ontploffing van de autobom veroorzaakte nogal wat commotie in de wijk Crooswijk. Diverse auto's liepen beschadigingen op en er sneuvelden ruiten van huizen en gebouwen. Enkele buurtbewoners hebben na de explosie nog even geprobeerd met een brandblusser het vuur in de auto te doven.

Een eerste buurtonderzoek heeft tegenstrijdige gegevens opgeleverd. Sommige getuigen verklaarden dat de auto al tijden aan de Boezemsingel geparkeerd stond, anderen getuigden juist het tegendeel.

Het is in Nederland de tweede bomaanslag in drie maanden. Op 24 november werd de kunstenaar Rob Scholte in Amsterdam slachtoffer van een autobom. De Haagse oud-wethouder van stadsvernieuwing, A. Duijvestein, kreeg in 1990 een 'bomlamp' toegestuurd.

De Baskische afscheidingsbeweging ETA heeft in de jaren tachtig een aanslag op een Amsterdams kantoor van de Spaanse luchtvaartmaatschappij Iberia opgeëist. Deze beweging wordt ook verdacht van bomaanslagen in de jaren tachtig op de Spaanse ambassade en de auto van de Spaanse consul in Den Haag.

Einde.-**********************************************************************************************************************************************