bezoekers sinds 1 januari 2022


'Koude oorlog'

De Koude oorlog (Bron: Historiek.net) >>>>>

Koude oorlog, de Grote Beer uit het oosten, 1945 e.v.

De Koude Oorlog start aan het einde van de Tweede Wereldoorlog en duurt tot 1991, het jaar waarin de Sovjet Unie uit elkaar valt. Maar hoe is de koude Oorlog ontstaan?

“Anders dan een krijgsmacht, die doorgaans pas in actie komt bijeen ernstige grensoverschrijding of beschieting waardoor de reële oorlogstoestand wordt ingeluid, bevindt een veiligheidsdienst zich constant in een situatie van oorlogsvoering. Maar weinigen die zich realiseren dat de westerse veiligheidsdiensten al sinds 1945 in oorlog zijn.” (Bron: Louis Einthoven)

Chroetsjov en Kennedy

Historici verschillen hierover nog steeds van mening. Sommigen wijzen naar de expansiedrift van de Sovjet Unie, anderen geven de imperialistische Verenigde Staten de schuld. Een derde visie stelt dat Oost en West wel moesten botsen!

Veiligheidsdiensten in oorlog

Het einde van de Koude Oorlog in 1991 markeert wereldwijd een belangrijk momentum in de historiografie van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Inlichtingen- en veiligheidsdiensten als zodanig speelden pas in dit mondiale conflict voor het eerst een cruciale rol. Zoals in de naam van het conflict al doorklinkt, lag de nadruk niet op het gebruik van fysieke kracht en vuurwapens (‘heet’), maar op koude krachten: “psychologische en subversieve aanvallen”, aldus voormalig Hoofdcommissaris van de politie Rotterdam en oprichter van de BVD Louis Einthoven in zijn memoires.

Vijf jaar cel geeist voor DDR - spionage

Rotterdammer voor rechter

(Meerdere afbeeldingen zijn ingekleurd)

Van onze. correspondent ROTTERDAM, woensdag 25-5-1966                      Een gevangenisstraf van vijf jaar met aftrek eiste de officier van Justitie mr. R. Schimmel gisteravond tegen de 39-jarige Rotterdamse spion Cor Sterk uit Rotterdam. 

De eis volgde op een rechtszitting die de gehele dag duurde. Sterk was ten laste- gelegd dat hij voorbereidende handelingen tot spionage heeft gepleegd. 

(Bron: De Telegraaf, dd 25-05-1966)

Onbenulligheden

De zitting, die werd geleld door mr. R.J. Brunnner, vond plaats met gesloten deuren. Als getuige werd o.m. geboord de Nederlandse beroepsofficier A. van H., met wie de Rotterdammer geruime tijd een zeer vriendschappelijke omgang had. Deze officier zal zich waarschijnlijk t.z.t. voor de militaire rechters moeten verantwoorden, omdat hij militaire operatieplannen met Sterk. heeft besproken.

BVD-deskundigen

Een verzoek van de raadsman van Van H. om de zitting te mogen bijwonen, werd niet ingewilligd. Tot de getuigen behoorde ook een aantal deskundigen van de BVD. Met deze dienst heeft Sterk geruime tijd contacten gehad en ook heeft hij geheime militaire gegevens uit Oost-Duitsland in Nederland afgeleverd. De officier van Justitie had ruim een uur nodig voor zijn requisitoir. Over de reikwijdte van Sterks’ spionageactiviteiten kwamen geen nieuwe punten aan het licht. Voor raadsman mr. S. Ivens bleef het de vraag In hoeverre het werk van Sterk schadelijk is geweest voor het landsbelang.

Al eerder Is bekend geworden, dat de Rotterdammer vla geheime zenders contact heeft onderhouden met de DDR. Tegenover deze gedegen spionageactiviteiten stond een groot aantal onbenullige feiten, zoals het smokkelen van stratenplannen, militaire handboeken en telefoonboeken naar Oost-Berlijn. In zijn 4-jarige loopbaan heeft Sterk bovendien zijn diensten aangeboden aan vooraanstaande Nederlandse communisten, die echter in zijn werkzaamheden geen heil zagen. Mr. Ivens had ruim twee uur nodig om te proberen de 12 punten bevattende dagvaarding te weerleggen

1976  Vermist echtpaar  spion  voor DDR

(Bron: Telegraaf, dd 24-6-1976)

Van onze Rotterdamse redactie

ROTTERDAM

Het Duitse echtpaar Jürgen (33) en Doris Kürschner (32) uit Rotterdam, dat sinds bijna twee weken werd „vermist", blijkt al tien dagen op verdenking van economische spionage voor Oost-Duitsland gevangen te zitten In Keulen. 

De Kürschners die in; Rotterdam wonen en werken, gingen eind vorige maand op vakantie naar West-Duitsland en zouden in Oost-Berlijn „documenten" hebben afgeleverd. De arrestatie van de echtelieden, die in Oost-Duitsland zijn geboren, is zo goed als zeker het gevolg van het ontmaskeren in de Bondsrepubliek van ruim twintig Oost-Duitse spionnen. De West-Duitse contraspionagedienst kon in de afgelopen weken deze spionnen arresteren.Jürgen en Doris Kürschner zouden, 

volgens de West-Duitsepolitie een sleutelrol hebben gespeeld bij economische

spionageactiviteiten van de DDR in ons land.

De activiteiten zouden voornamelijk tegen de Bondsrepubliek zelf zijn gericht.

In hoeverre het West-Duitse echtpaar, dat al zo’n drie jaar in Rotterdam woonde, ook economische spionage ten nadele van Nederland heeft gepleegd, is nog niet bekend.

 Agenten van de BVD en de functionarissen van de Inlichtingendienst van Rotterdamse politie hebben in de woning van het echtpaar in Rotterdam een onderzoek ingesteld. Ook bij de werkgevers van man en vrouw zijn onderzoeken verricht.

 

Een 'Koude Oorlog'- bunker . Weinigen weten dat deze 'bump' op de Coolsingel voor het stadhuis Rotterdam eigenlijk een bunker is. Eind jaren zeventig bouwde de nationale telecommunicatiedienstverlener (PTT) een reeks uitvalbureaus in heel Nederland. Het doel van deze schuilplaatsen was het behouden van telecommunicatie voor vitale sectoren (overheid, militaire, ziekenhuizen) in geval van crisis of oorlog. Deze werden genoemd NCO's (nucleaire, chemische schuilplaats). De hoofdingang van de huisvesting bevindt zich in het oude postkantoor. De bunker is echter niet open voor het publiek en is in feite nog steeds gebruikt tot vandaag in het nationale noodnetwerk. (Bron: rotterdamstyle.com)

Atoombunker

De atoombunkers uit de tijd van de Koude Oorlog en zijn nog precies hetzelfde ingericht als vroeger. In Rotterdam zijn er nog een aantal te vinden, zoals die naast het stadhuis op de Coolsingel. Het is een exacte kopie van de bunker van de Nederlandse koninklijke familie.
 

Ingang vanuit het oude Postkantoor naar de atoombunker onder de Coolsingel Rotterdam.

 1986  Spionage vanuit Oosteuropese vrachtwagens De vijand staat aan de poort (geparkeerd)

Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.], dd 05-06-1986

De krantenberichten over spionage zijn tegenwoordig bijna net zo spannend als de romannetjes van Alistair Maclean of John Le Carré. 

(Bron: Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.], dd 05-06-1986)

Paraplumoorden, smokkel van microfilms, diefstal van hoogwaardige elektronica, het overlopen van een door drank- en geldproblemen gekwelde spionagebaas en de verleiding van kwijnende secretaressen; dat is maar een greep uit de gebeurtenissen van de afgelopen jaren. De permanente competitie tussen KGB en CIA, vergezeld door hun hulptroepen, vormt nu eenmaal de geniepige keerzijde van het Oost-Westconflict. Niet alle spionage is echter verfijnd tot op de millimeter. Met het blote oog kun je veel zien en met het gezonde boerenverstand veel begrijpen. De toegevoegde waarde van het Oosteuropese vrachtvervoer op de weg.

De overheidsinstanties zijn niet genegen commentaar te geven op berichten over spionage vanuit de cabines van Oosteuropese vrachtwagens. NAVO, BVD en diverse ministeries houden de kaken op elkaar. Enerzijds is dat begrijpelijk; je moet als veiligheidsdienst niet alles wat je weet aan de grote 

klok gaan hangen. Anderzijds is er sprake van een zekere verlegenheid; er gaan zoveel trucks uit het Oostblok over Nederlands asfalt dat het bijhouden van hun bewegingen onmogelijk is. Daar ontbreekt eenvoudigweg het geld en de mankracht voor. Bovendien staat er 'T.I.R.' op de vrachtwagens. Die afkorting betekent: Transport International Routier en houdt in dat de wagen voor dat bord snel en zonder veel poespas door de douane heen moet komen. Het Nederlandse wegennet is vrij en Oosteuropese vrachtwagens mogen dan ook bijna overal komen als de formaliteiten aan de grens zijn vervuld en de ritvergunning en de vrachtpapieren in orde zijn. Van dat recht maken de Oosteuropese jongens van de grote weg dan ook druk gebruik. Je ziet ze dan ook niet alleen op de autobaan; de Sovtransavto-wagens, de Hungarocamions en de Deutrans-expeditietrucks.

Bulgaarse TIR-vrachtwagen in Hongarije, 1978 (Wiki)

De Romania-vrachtauto's zie je steeds minder maar dat heeft te maken met de importbeperking die dat land heeft ingevoerd. Tsjechen duiken de laatste tijd juist weer veel in ons land op.

Er zijn diverse redenen om nu aan het fenomeen vrachtwagenspionage aandacht te besteden. Ten eerste publiceerde het Duitse weekblad 'Stern' in januari een uitgebreid verhaal over deze wel heel bijzondere vorm van vrije nieuwsgaring; wat voor de Bondsrepubliek geldt zou ook best eens op kunnen gaan voor Nederland. Ten tweede volgde EO's Tijdsein een Oostduitse vrachtwagen die een wat onlogische route reed. Ten derde zijn er juist naar aanleiding van dit soort berichten begin maart vragen gesteld in de Tweede Kamer. De heren Van Rossum en Van Dis (beiden SGP) wilden weten of er in ons land ook vanuit vrachtwagens werd gespioneerd en welke middelen en bevoegdheden de overheid ter beschikking stonden om tot controle over te gaan. Als er iets werd gevonden aan spionage-apparatuur moest de Nederlandse staat onverwijld protest aantekenen bij de desbetreffende Oosteuropese regering. De vragen werden gesteld aan maar liefst drie ministeries: Buitenlandse Zaken, Defensie en Verkeer en Waterstaat. Niet aan Financiën, waar vreemd genoeg de douane onder valt. Hiermee zitten we al midden in de problematiek. Want welk ministerie controleert wat en wat is eigenlijk spionage-apparatuur? Een camera, een mobilofoon, een autoradio, een cassettedeck wellicht? Moeilijk uit te maken.

Aan vrachtwagenspionage zitten een aantal haken en ogen, in de letterlijke zin des woords. Ten eerste knappen de chauffeurs het echte vuile werk niet op; je kunt moeilijk laden, lossen en tussendoor even de blauwdruk voor een nieuw marineschip stelen. Ten tweede voegt het ooggetuigenverslag van een chauffeur niet veel toe aan wat Moskou of Oost-Berlijn al weten. Stafkaarten en satellietfoto's geven veel meer informatie.

Een Spetsnazeenheid maakt zich op voor een missie om te zoeken naar vijandelijke karavanen in Afghanistan in 1988. (Foto: Michail Jevstafjev) (Wiki)

Toch is vrachtwagenspionage (vanuit het Oosten) nodig. Het Oostblok loopt nog steeds achter wat het afkijken betreft. Men kan nog geen Amerikaanse nummerborden op satellietfoto's onderscheiden, maar de Amerikanen kunnen dat wel. Bovendien zijn de Oosteuropese vrachtwagens heel geschikt om wegen, bruggen en viaducten uit te testen. In West-Duitsland werden onderstellen gebruikt die gewoonlijk raketten vervoeren. En net zoals de vrachtwagens soms geen gewone vrachtwagens zijn, zijn ook de chauffeurs soms geen gewone chauffeurs. Een Oosteuropeaan die met een Westeuropese combinatie door West- Europa mag rijden is natuurlijk getest op zijn ideologische betrouwbaarheid.

In sommige gevallen gaat het om een 'Spetsnaz' met groot rijbewijs. Spetsnaz is

de Russische afkorting van een woord dat Speciale Brigades betekent. Je zou die kunnen vergelijken met de Amerikaanse Rapid Deployment Forces die ooit door president Carter zijn opgezet. Het gaat dan om een kruising tussen een goed opgeleide spion en een goed afgetrainde commando. Viktor Soevorov, een uitgeweken hoge Russische militair, deed er een boekje over open, en wees op de elitefunctie die de 'Spetsnaz' vervult binnen leger en GRU, de militaire tegenhanger van de KGB. De Speciale Brigades worden ingezet bij sabotage, het per parachute veroveren van strategische punten, maar ook bij het onderbreken van communicatielijnen, en het ontregelen van nucleaire installaties. Kortom, voor ondermijning van een vijandelijke staat. Land-, luchtmacht en marine hebben ieder hun speciale troepen, al met al zijn dat er in vredestijd maximaal 30.000. Een deel wordt met name afgericht op het geruisloos kelen van wachtposten.

Natuurlijk is niet iedere chauffeur een 'Spetsnaz'. Een fractie is zelfs maar belast met spionage. Maar het is niet onlogisch te veronderstellen dat de elitetroepen eens op een vrachtwagen kruipen en de scenario's van een echte oorlog nalopen. Aanwijzingen zijn er genoeg.

Een paar jaar geleden werd vlakbij de Afsluitdijk een Sovjettruck aangehouden die volgens de vrachtpapieren meer dan 100 kilometer benoorden het meest efficiënte traject zat. Den Helder was echter dichterbij! Dan nog is het praktisch onmogelijk de wagen te controleren. De situatie in de Bondsrepubliek verschilt in diverse opzichten van die in ons land. West-Duitsland is nu eenmaal groter, rijker, en het meest directe gevechtsveld bij een rampzalige eventualiteit. Dank zij de Duitse deling heeft de Sovjetunie militaire missies in Baden-Baden, bij Osnabrück en bij Frankfurt. Maar natuurlijk ga je niet met een pantservoertuig op verkenning. Dankzij de bilaterale handelsverdragen tussen de DDR en de Bondsrepubliek rijdt er nogal wat Oostduits vrachtverkeer in West-Duitsland rond. 'Stern' volgde zo’n LKW-chauffeur een paar 

De Nieuwe Haven is de haven van de Koninklijke Marine in Den Helder en Nederlands grootste marinehaven (Wiki)

dagen en concludeerde dat hij omreed, cirkels maakte, op parkeerplaatsen uitgebreid confereerde met andere Oosteuropese bestuurders en ook wat veel B-wegen nam. Geen harde bewijzen, wel zware vermoedens. Een feit is dat er hele troepen Oosteuropese vrachtauto's staan in de buurt van plaatsen waar NAVO-oefeningen worden gehouden. In Nederland trof men Tsjechen, Roemenen en Bulgaren aan in de buurt van Den Helder en tijdens oefeningen op de Veluwe. Alleen zie je de chauffeurs nooit fotograferen, maar hun wagens repareren.

Ons land is belangrijk vanwege zijn havens en wegennet. Met name Tsjechen en Bulgaren zijn gesignaleerd in de kop van Noord-Holland en in het Rijnmondgebied. In Londen werd een Sovjettruck betrapt, terwijl deze met ontvang- en zendapparatuur de telefoon van een Ministerie stond af te luisteren. Dat dit ook gebeurt in het westen van Nederland is niet bewezen, maar wordt wel aangenomen. De GRU heeft – inofficieel -afdelingen in Den Haag en Amsterdam, de KGB zit inofficieel natuurlijk overal. In feite hebben de Russen dat felbegeerde consulaat in Rotterdam, waar de geruchtmakende ambassadeur Beletski zich ooit voor inzette, helemaal niet nodig. Er schijnt, in Europees verband bezien, een soort arbeidsdeling te bestaan voor Oosteuropese vrachtrijderij met bijbehoren. De Russen concentreren zich met name op Scandinavië, Denemarken en Noordwest-Duitsland. DDR-truckers ook; de Balkanstaten nemen Zuidwest-Europa voor hun rekening en de Hongaren doen Oostenrijk. Zo’n indeling is natuurlijk verre van absoluut, genoemde landen zijn tenslotte ook bezig met vrachtacquisitie. Wat Scandinavië betreft is de uitgeweken Roemeen Dragan Jovius expert.  De Verenigde staten staan in de lucht veel sterker in Noord-Europa. De Russen proberen dat te compenseren met een sterke vloot vandaar die rellen rond de spionerende onderzeeboten.

Sovjetvrachtwagens rijden bij ons heel veel rond. De douane mag die alleen controleren, ook in binnenland. Af en toe vindt wel een controle plaats door de politie en soms wordt apparatuur gevonden. Meestal gebeurd dat niet, en dat is heel vervelend want de pers maakt dan de Zweedse autoriteiten belachelijk. De zaak ligt gevoelig want Zweden is geen lid van de NAVO. In Nederland valt de douane onder Financiën. Persvoorlichter v. Duivenvoorde ‘Je kunt natuurlijk geen vrachtauto gaan onderzoeken omdat hij geparkeerd staat om te schaften of iets te repareren. De douane controleert óf aan de grens of aan de eindbestemming, en dan gaat alleen om de lading. Smokkel van drank of vlees of iets dergelijks

Een woordvoerder van het Minister van Justitie: „In principe vallen alle vrachtwagens op de weg in Nederland onder dezelfde wetgeving. Je mag radio apparatuur aan boord hebben ook bepaalde zendapparatuur, maar gebruik daarvan is niet altijd toegestaan Sommige bakjes zijn helemaal verboden Dat betekent dat de politie alleen bij zwaar vermoeden een Oostduitse truck zal aanhouden, en niet omdat hij uit de DDR komt. Controle op de autopapieren en de technische staat van het voertuig is natuurlijk altijd mogelijk! Als een Oosteuropese vrachtwagen ver van zijn route is afgeweken neemt de achterdocht toe maar op zich is dat geen reden de cabine en lading grondig te doorzoeken Een loodje verbreek je niet zomaar. In Nederland is er een wetgeving tegen spionage, en wetgeving tegen ongeoorloofd zenden en afluisteren. Er bestaat geen speciale verordening die betrekking heeft op Oosteuropees vrachtvervoer”

'Dertig jaar strijd tegen de dossiers van de BVD'

Bron: Leidsch Dagblad, 19-2-1994, pag 2.

22 april 1989

Het eerste vertrouwelijke rapport bericht over een 'rare snuiter die zich kleedt als een werkman en zich onder de arbeiders beweegt. ' Ach, het is het begin van de jaren vijftig, de bloeiperiode van de koude oorlog. Maar het gerucht vermenigvuldigt zich. Tenslotte zullen ze de carrière van de werktuigkundig ingenieur J. T. WILMAN (toen 67 jaar oud) (zie afbeelding) ruïneren. Meer dan dertig jaar duurt zijn strijd tegen de dossiers van de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD). Eindelijk zijn ze op last van het Haagse gerechtshof geopend. Op 10 mei komt zijn zaak opnieuw voor. Hoe de geheime dienst afrekende met een 'geniale en lastige vent'. (....)

De Binnenlandse Veiligheidsdienst, nog maar kort daarvoor definitief overgenomen door socialistenvreter en lid van het voormalige driemanschap van de Nederlandse Unie mr. L. EINTHOVEN, beseft onmiddellijk wat te doen staat. De politie inlichtingendienst (PID) - de lokale informatie-verzamelaar van de BVD - wordt gevraagd meer inlichtingen te verstrekken. Er gaat een confidentiële brief naar de Marine Inlichtingendienst (Marid) met de vraag wat zoal ten nadele van Wilman gevonden kan worden.

De gedrevenheid is zo groot dat de BVD zich later per brief afvraagt hoe het nu kan dat 'tot twee keer toe een uitgebreid onderzoek over dezelfde persoon wordt gevraagd' en hoe het mogelijk is 'dat de ene dienst later haar eigen rapport toegezonden krijgt van een andere dienst. (....)

Er volgt een lange lijdensweg. Vanaf nu bepalen de boekhouders van de BVD de politie-inlichtingendienst de lotgevallen van Wilman. In mei 1960 bericht de commissaris van de ROTTERDAMSE politie J. L. KRANS aan de burgemeester: 'Het komt mij voor dat iedere werkgever die een sollicitatie van Wilman ontvangt, zich verwonderen moet over het feit dat deze academicus reeds zoveel jaren niet werkt (....) (Bron: polderpers.nl / digibron.nl)

TWM dekmantel voor Russische spionnen

1972

ROTTERDAM

Niet verrast door spionage KGB | Havenbedrijf fungeerde jaren als dekmantel

Het scheepvaartbedrijf Transworld Marine Agency (TWM) in ROTTERDAM heeft sinds zijn oprichting in 1972 gefungeerd als dekmantel voor Russische spionnen.

Het bedrijf treedt in de ROTTERDAMSE haven op als agent voor de schepen van de Russische staatsrederijen, die zijn verenigd in het bevrachtingskantoor Sovfracht. Transworld is eigendom van deze Russische staatsonderneming.

De vertegenwoordigers van Sovfracht, die in ROTTERDAM kantoor hielden, waren agenten van de Russische inlichtingendienst KGB.

Buitenplaats Nieuw Rodenrijs nabij vliegveld Zestienhoven. In 1988 werd het landgoed gekocht door de KGB dekmantel Transworld Marine Agency (TWM) te ROTTERDAM, die het gebruikte als 'opvanghuis' voor Russische zeelui.

Dit heeft het ministerie van binnenlandse zaken gisteren bevestigd. De Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) was volgens de woordvoerder van het ministerie van meet af aan van de spionageactiviteiten op de hoogte. De ministers van binnen- en buitenlandse zaken in de kabinetten Den Uyl, Van Agt en Lubbers werden door de BVD op de hoogte gehouden.

Deze vier KGB-agenten hebben zeventien jaar vanuit Rotterdam geopereerd, t.w. A. S. Papyrin, V. N. Michailov, A. S. Sibirtsev en G. S. Karpensjenkov. De laatste werd uitgewezen, nadat hij geprobeerd had een Nederlandse politieman om te kopen.

Met het vertrek van Karpensjenkov zijn de spionageactiviteiten bij Transworld  beëindigd. (Bron: digibron.nl | nrc.nl | Stadsarchief Rotterdam)

BVD-document, 'Panorama' over de TWM, dd 19-11-1973  (Bron: St. Argus)

Beschrijving TWM periode 1969 - 1997 BVD vs GRU / KGB (Bron: Apache (Belgie) 2011)

Hans van Zonneveld, Havenman/-vrouw van het jaar 1992,  Directeur Transworld Marine Agency

J. van Zonneveld behandelde bij Pakhoed de schepen uit de Sovjet- Unie. Toen de Russen hun eigen cargadoorkantoor oprichtten, Transworld Marine, ging Van Zonneveld mee over; in 1976 werd hij directeur. Zijn benoeming tot Havenman 

 

Hans van Zonneveld
Havenman/-vrouw van het jaar 1992
Directeur Transworld Marine Agency

dankt hij aan het feit dat hij het bedrijf op de been wist te houden na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Het leek er op dat moment op dat de Russen Transworld wilden verzelfstandigen. Het heeft niet zo mogen zijn. Van Zonneveld kreeg zijn congé en het kantoor liet men failliet gaan. „;Het interesseerde ze geen bal meer, maar daar zijn wel mensen in Rotterdam de dupe van geworden.”

Oostduitse Stasi spioneert in NL 

Warenhuis Jungerhans aan de Binnenweg te ROTTERDAM, een landmark in de stad. Uitgerekend deze degelijke zaak vol Wedgwood was van begin 1983 tot februari 1986 de geheime ontmoetingsplek van een officier van het Ministerium für Staatssicherheit en zijn informant, een 27-jarige Nederlandse student (Bron: Historisch Nieuwsblad).

De winkel van Jungerhans op de hoek van de Coolsingel en het Binnenwegplein uit 1952, ontworpen door het Rotterdamse architectenbureau Kraaijvanger werd half tachtiger jaren gebruikt als geheime ontmoetingsplek voor de Stasi en zijn informant. 

De winkelinrichting van Jungerhans leende zich kennelijk goed om hier geheime ontmoetingen door de Stasi te arrangeren. 

1983 - 1986 Een Stasi-spion in Nederland

(Bron: Beatrice de Graaf HN nr. 4/2012)

Tijdens de Koude Oorlog spioneerde de Oost-Duitse Stasi in Nederland. Maar erg soepel ging dat niet. Goede informanten waren moeilijk te vinden – en te houden. 

En de Binnenlandse Veiligheidsdienst hield Oost-Duitsers scherp in de gaten.

Generaties lang gingen ROTTERDAMSE jonge paren op zoek naar servies en tafellinnen naar warenhuis Jungerhans (zie afbeelding) aan de Binnenweg, een landmark in de stad. Uitgerekend deze degelijke

zaak vol Wedgwood was van begin 1983 tot februari 1986 de geheime

ontmoetingsplek van een officier van het Ministerium für Staatssicherheit en zijn informant, een 27-jarige Nederlandse student.

De student, Joeri, kwam uit een klassiek rood nest uit Hoek van Holland. Zijn vader was havenarbeider en lid van de Communistische Partij Nederland (CPN). Joeri was begonnen met een studie filosofie, maar zette zich liever in binnen de partij. Hij werd lid van het Horizontaal Overleg Communisten, een groep orthodoxen die zich verzetten tegen vernieuwende impulsen binnen de partij, zoals het feminisme.

In juli 1982 nam Joeri als lid van het Algemeen Nederlands Jeugd Verbond (ANJV), de jongerenbeweging van de CPN, deel aan een zomercursus van de Freie Deutsche Jugend in de DDR. Daar werd nog de ouderwetse, echte ideologie onderwezen waar hij voor stond. Tijdens die cursus leerde hij een student Nederlands uit Oost-Berlijn kennen, met wie hij een briefwisseling begon. Joeri bezocht zijn nieuwe vriend twee keer in de DDR: met Oud en Nieuw in 1982 en in de zomer van 1983.En hoe liep het af met Joeri? Hij bleef in ROTTERDAM en was nog een tijd actief in het Verbond van Communisten in Nederland. De val van de Muur was een enorme schok voor hem. Hij verbrak zijn relatie en verliet Nederland. Het laatste wat we van hem weten, is dat hij boeddhist is geworden en in 1999 naar Thailand is vertrokken.

Volgens zijn moeder was hij in 2005 nog steeds communist, maar geloofde hij dat er eerst een spirituele revolutie nodig was om de wereld klaar te maken voor de omarming van het marxisme-leninisme. (Bron: historischnieuwsblad.nl)

Maritiem samenwerkingsverband

Zoals gebruikelijk zijn er ook Sovjetschepen die inlichtingen verzamelen. Dat gebeurt door 7 Sovjet en 1 Poolse AGI. Een AGI (Auxiliary General Intelligence) lijkt in sommige gevallen op het eerste gezicht op een visersschip. Bij nadere bestudering valt dan op dat de visuitrusting plaats heeft gemaakt voor technische middelen om (NAVO)operaties te observeren.

(1991) De enorme groei van de Sovjetrussische zeevloot in de jaren zestig en zeventig had mede tot gevolg dat de

toenmalige BVD diende te onderzoeken in hoeverre er sprake was van een verhoogde inlichtingendreiging in ons land.

Immers, op grond van het bilateraal scheepvaartvedrag tussen Nederland en de Sovjet-Unie is het de bemanning van de Sovjetrussische schepen, als houder van een monsterboekje (zeemanspaspoort) toegestaan binnen een ruim gebied zonder vergunning tot tijdelijk verblijf aan de wal te verblijven gedurende de periode dat hun schip in de haven ligt.

Overlopers van verschillende Sovjetrussische inlichtingendiensten hebben door de jaren heen mededelingen gedaan omtrent het gebruik dat door deze diensten werd gemaakt van de scheepvaartactiviteiten van hun land. Ook incidenten, die zich zowel in Nederland als in het buitenland voordeden, wezen op een dergelijk gebruik

NAVO oefening Northern Wedding 1982

Mod Koldin (351) Prozorlivyy tijdens oefening Northern Wedding 1982, terwijl de Sovjetdestroyer het Amerikaanse amfibisch commandoschip USS Mount Whitney observeert. (Foto: US Navy)

In totaal zijn er 4 Sovjet oppervlakteschepen betrokken bij het schaduwen van de oefening. Vanuit de Oostzee zijn dat het Krivak-I fregat Svirepyy en destroyer Prozorlivyy (Mod Koldin). Afkomstig uit de Noordelijke Vloot zijn dat het fregat Leningradskiy Komsomolets (Krivak-I) en destroyer Stroiniy (Mod Kashin). 

Onderzoekvaartuig ‘Akademik Oparin’

IMO: 8412376
MMSI: 273438800
Roepnaam: UFPD
Vlag: Russia [RU]
AIS Type Schip: Other
Gross Tonnage: 2441
Laadvermogen: 814 t
Lengte tussen de loodlijnen x Breedte: 75.5m × 14.7m
Bouwjaar: 1985
Status: Actief 

Signal intelligence ( SIGINT ) is intelligentie-verzamelen door onderscheiding van signalen, of communicatie tussen mensen ( communicatie-intelligentie - verbintenis tot COMINT ) of van elektronische signalen die niet direct in communicatie worden gebruikt ( elektronische intelligentie, verplicht tot ELINT ). Signal intelligence is een subset van intelligence collection management (7)]

Jaarlijks deden omstreeks 2000 Sovjetrussische schepen een Nederlandse haven aan. Hieronder bevonden zich enkele tientallen onderzoekingsvaartuigen, die “slechts voor bevoorrading en uitrusten van de bemanning” binnenliepen

Deze schepen zijn voorzien van hoogwaardige technische middelen, met name communicatie-apparatuur. Opvallend is dat ten tijde van NAVO-vlootbewegingen in de havens het aantal aanvragen voor toelating van onderzoeksvaartuigen van de Sovjets steeg.

Van 1982 tot oktober 1990 heeft een bijzonder samenwerkingsverband bestaan tussen verschillende ambtelijke diensten onder de naam Maritiem Beraad (MB). Met de activiteiten die in het kader van het MB werden ontwikkeld, is getracht tot een werkvorm te komen die de inlichtingendreiging kon onderzoeken en waar nodig het hoofd kon bieden.

 (SAMENGEVAT) In genoemde periode is duidelijk geworden dat jaarlijks ca. 60.000 Sovjet- opvarenden de Nederlandse haven aan doen. Met de daarbij genoemde bewegingsvrijheid en spreiding in ons land werd het verkrijgen van voldoende inzicht bemoeilijkt.

Eerst in Amsterdam werd in de loop van 1982 gestalte gegeven aan een nauwe samenwerking tussen de BVD, en Marine Inlichtingendienst (toenmalige MARID) en enkele lokale instaties, waaronder de ID. Nadat van het samenwerkingsverband is vastgesteld dat het theoretische model levensvatbaar is, werden op andere locaties overlegstructuren geformeerd., Rotterdam, Harlingen en Delfzijl. Het accent kwam voornamelijk te liggen op de MB-groepen Amsterdam en Rotterdam (MBR). Bij meerdere passagierende opvarenden van Sovjetschepen kon worden vastgesteld dat zij volgcontroles toepasten of hun ware identiteit trachtten te verhullen door zich bijvoorbeeld als Amerikaanse toeristen te ‘vermommen’. Ook werd door hen op grote schaal geldende visumbepalingen ontdoken.

Verder kunnen als meer specifieke gevallen genoemd worden het conspiratief fotograferen van allerlei ‘kunstwerken’ en het veelvuldige bezoek door geaccrediteerden van ambassade en handelsmissie aan Sovjetrussische passagiersschepen, met name in de haven van Amsterdam. Verder werd enige malen andere conspiratieve inlichtingenactiviteiten geconstateerd. (KGB-agent die onder maritieme dekmantel contactpersoon ontmoet)

Als gevolg van de veranderende politieke situatie in de Sovjet-Unie en de intensivering van de reisbewegingen tussen de Sovjet-Unie en Nederland zijn de mogelijkheden die voor de Sovjetrussische inlichtingendiensten lagen opgesloten in de scheepvaart van minder belang geworden. De kans om door middel van gezamenlijke activiteiten in het kader van het MB relevante feiten vast te stellen werd daardoor kleiner, reden waarom is besloten het MB in oktober 1990 op te heffen.(Betreft: Kwartaalbericht 4e kwartaal 1990 / Bron: Stichting Argus)

In die maand wordt dan ook in het BVD-gebouw met een bijeenkomst, waarbij ook twee vertegenwoordigers van de ID- en de Rivierpolitie Rotterdam aanwezig zijn, de MBR opgeheven. Vanzelfsprekend zijn de binnen het MBR opgebouwde contacten in de Rotterdamse haven blijven bestaan.

Auteur die werkzaam was bij de Rivierpolitie heeft in de periode, tijdens de specifiek in de Vreemdelingenwet genoemde grensbewakingswerkzaamheden, meerdere rapporten opgemaakt ten behoeve van de (P)ID. Later is auteur meer dan 30 jaar binnen de ID zijn werkzaamheden gaan verrichten. Hij vond later in het archief van de (P)ID zijn eigen rapporten. 

Een Rivierpolitieman en latere ID-rechercheur gaat op zondag 25 september (19??), omstreeks 04:45 uur, in opdracht van de wachtcommandant met een collega, naar de Waallhaven Pier 1 te Rotterdam bij het stuwadoorsbedrijf Felshaven BV ter assistentieverlening aan de Douanerecherche. Op de pier bij het onder Cubaanse vlag varende zeeschip (training en general cargo) ‘Jose Marti’ staan twee personenauto’s waarvan één met een CD-kenteken (Corps Diplomatique). Een medewerker van de Douanerecherche verklaart dat enige opvarenden een bezoek willen brengen aan Amsterdam en Kinderdijk. De Rivierpolitie medewerkers die tevens als taak ‘grensbewaking’ hebben worden aangesproken in de Engelse taal door een man ,die deel uitmaakt van het gezelschap behorende bij de twee auto’s, die zegt dat hij de rederij van het zeeschip vertegenwoordigt. Hij zegt verder dat 

Het Cubaanse vracht- en schoolschip JOSE MARTI, later 1990: TAINO, vervolgens 1996 AGAAT-EILANDEN afgemeerd in de haven van Rostock.IMO-nr. 7520188.

Foto: © 05-12-1987 Wolfgang Kramer (Bron: shipspotting.com)

hij voornemens is met de ambassadeur van Cuba, diens secretaris en enige bemanningsleden een bezoek wil brengen aan Amsterdam en Kinderdijk. De kapitein van het schip verklaart dat het bij hem niet bekend is dat de opvarenden voor een dergelijke reis een visum moesten aanvragen. Het totaal aantal bemanningsleden bedroeg 233. Gezien het feit dat Cuba in de ‘Koude oorlogsperiode’ communistisch is, zij voornemens waren buiten Rotterdam te reizen, het zeeschip in eigendom was van de Cubaanse overheid en er een ambassadeur bij betrokken is, wordt dit aan de (P) ID gemeld.

Onder sovjet-vlag containerschip NIKOLAY TIKHONOV zoals getoond in haar originele kleuren en vorm, op de St.Lawrence rivier bij Verchères, dd 8-2-1988. Nu  varend voor de MSC (lijn). (Foto: Marc Piché (Bron: shipspotting.com)

 

'Nikolay Tikhanov'

Een andere willekeurige aan de ID gedane melding betreft het containerschip ‘Nikolay Tikhanov’, groot 17757 bruto registerton, welke lag gemeerd in de Waalhaven, aan het terrein van Multi Terminals, pier 7, te Rotterdam. Op zaterdag 10 maart 1984, omstreeks 11:30 uur, gaan twee Rivierpolitiemannen, van wie één later ID-rechercheur, in het kader van de grenscontrole aan boord van dit onder Russische vlag varende zeeschip.
In de kapiteinshut bevinden zich op dat moment de in uniform geklede kapitein, een in burger gekleed bemanningslid en de waterklerk/scheepsagent van Transworld Marine Agencies (TWM). De waterklerk geeft na enige tijd een document, vermoedelijk een laadbrief’, aan de kapitein ter ondertekening, 

welke volgens de waterklerk een container was welke op de wal stond en was geladen met scheepsbenodigdheden. De kapitein zei in de Engelse taal dat hij niet eerder zou ondertekenen, dan wanneer de container en de daarbij behorende documenten gecontroleerd waren. Hierop zei de waterklerk dat de container aan dek van het zeeschip gezet zou worden, maar dat deze beslist niet opengemaakt mocht worden, althans niet eerder dan wanneer het schip in open zee zou zijn. De goederen welke in de container zaten zouden dan uit de container gehaald moeten worden, waarna de container ‘te water gelaten’ zou moeten worden. Vervolgens gaat het in burger geklede bemanningslid met de documenten de hut uit en overhandigt enige tijd later bij terugkomst de documenten aan de kapitein. Na kennelijk overleg tussen het bemanningslid in de Rissische taal zet de kapitein zijn handtekening onder de ‘laadbrief’ en overhandigt deze aan de waterklerk. De kapitein behoudt een eerder gemaakte kopie.
De indruk van rapporteurs was o.m. dat het bemanningslid in burger een grote leidende rol aan boord heeft, mogelijk de politiek officier, en dat men wilde voorkomen dat de container met inhoud in de volgende haven, volgens de waterklerk Antwerpen, verantwoord zou moeten worden. Rapporteurs merken nog op dat de douane reeds van boord was en het schip reeds hadden ingeklaard. Bij het onder communistische vlag varende zeeschepen in de ‘Koude oorlogsperiode’ was men alerter en meldde regelmatig dergelijke bijzonderheden aan de (P) ID.

 

Transworld Marine Agency (TWM)

(Bron: Reformatorisch Dagblad, Publicatiedatum: 23 oktober 1989)
Het scheepvaartbedrijf Transworld Marine Agency (TWM) in Rotterdam heeft sinds zijn oprichting in 1972 gefungeerd als dekmantel voor Russische spionnen. Het bedrijf treedt in de Rotterdamse haven op als agent voor de schepen van de Russische staatsrederijen, die zijn verenigd in het bevrachtingskantoor Sovfracht. Transworld is eigendom van deze Russische staatsonderneming. De vertegenwoordigers van Sovfracht, die in Rotterdam kantoor hielden, waren agenten van de Russische inlichtingendienst KGB.
De Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) was van meet af aan van de spionageactiviteiten op de hoogte. De ministers van binnen- en buitenlandse zaken in de kabinetten Den Uyl, Van Agt en Lubbers werden door de BVD op de hoogte gehouden.
Het was de KGB-agenten vooral te doen om informatie over de werkwijze van de Nederlandse inlichtingendiensten. Zij wilden weten hoe de BVD de in Nederland verblijvende Russen controleert, hoe de Rotterdamse haven kan worden uitgeschakeld en waar de overslag van Amerikaanse legergoederen plaatsvindt.

Samenwerking ID < > AIVD)

(Bron: Rapport Hoogendoorn)

Samengevat kan gesteld worden dat de samenwerking met de landelijke ID, respectievelijk het BNV, sinds 1-10-1946 de Centrale Veiligheidsdienst (CVD), in 1949 de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) en nu de AIVD steeds beter is geworden. Eén en ander wordt vanwege de Commissie van de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CIVD) en de politiek min of meer opgelegd. Meerdere malen zijn projecten uitgevoerd ter verbetering van de samenwerking.

Inmiddels is het niveau van samenwerking op basis van gelijkwaardigheid en werkt men er aan dit op basis van gelijkheid te brengen (2)

Brief

Dat al vroeg hard gewerkt werd aan een taakverdeling tussen de BVD en de inlichtingendiensten van de plaatselijke politie wordt in een brief weergegeven welke op 6 februari 1962 door het kabinet van de Commissaris van de Koningin in Zuid-Holland is opgesteld en gestuurd aan de Burgemeesters van gemeenten met gemeentepolitie in de provincie Zuid-Holland. In deze als (toen) ‘geheim’ gerubriceerde brief wordt o.m. gesteld dat:

(...) “enige jaren geleden (voor 1962) hebben onder leiding van de toenmalige Chef van de afdeling Politie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken tussen de BVD en de hoofdcommissarissen van politie van de vier grote gemeenten besprekingen plaats gevonden teneinde een praktische taakverdeling tussen de BVD en de inlichtingendiensten van de betrokken politiekorpsen te kunnen opstellen. De toenmalige Minister van Binnenlandse Zaken heeft zich verenigd met de resultaten van deze besprekingen, welke hem in de vorm van een advies was voorgelegd. Dit advies bevatte een concretisering van de gebruikelijke taakverdeling en is sedertdien als richtsnoer gebruikt bij de samenwerking tussen de BVD en genoemde inlichtingendiensten. In de praktijk is evenwel de wenselijkheid gebleken dat aan dit advies ruimere bekendheid wordt gegeven. Het werk van de inlichtingendiensten is ook in kleinere korpsen steeds verder geëvolueerd en het kwam de minister van Binnenlandse Zaken derhalve gewenst voor, dat bij het optreden van een nieuwe burgemeester plaatselijk een overzicht ter beschikking is van de gebruikelijke gang van zaken"(...)

"Zoals U uit het bijgevoegd gedeelte van het advies kan blijken, wordt daarin enerzijds een omschrijving gegeven hetgeen tot de taak van de inlichtingendienst van de plaatselijke politie wordt gerekend met de werkzaamheden welke ter uitvoering daarvan worden verricht, terwijl daarnevens wordt aangegeven welke werkzaamheden bij uitsluiting aan de BVD toevallen. De mogelijkheid wordt uieraard opengelaten in bepaalde gevallen in gezamenlijk overleg tussen het hoofd van de BVD en de korpschef, van de aangegegevn gedragslijn af te wijken”.

Aan het eind van de brief wordt verzocht een bijgevoegde bijlage aan het korpschef ter hand te stellen en waarbij het bijgevoegde ontvangstbewijs teruggezonden dient te worden.
In de bijlage staat o.m. datgene wat opgedragen wordt, o.m. het inwinnen van gegevens omtrent personen en stromingen, waarna 6 doelgroepen genoemd worden, w.o. de CPN met haar neven en mantelorganisaties en andere links- of rechts extremistische groepen. Tevens behoorde het houden van antecedentenonderzoeken verband houdende met dienstplicht, aanvragen van een paspoort of emigratie enz, tot de werkzaamheden.

'James Bond tussen de koeien'

Einde-*******************************************************************************************************